spaakwiel
- spaak·wiel
- samenstelling van spaak zn en wiel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spaakwiel | spaakwielen |
verkleinwoord | spaakwieltje | spaakwieltjes |
het spaakwiel o
- wiel waarvan naaf en velg door spaken zijn verbonden
- Het woord spaakwiel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.