• sor·ry
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘tussenwerpsel: excuseer!’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1931 [1]

sorry

  1. een informele verontschuldiging of excuses
    • Sorry, maar ik weet dat echt niet. 
     Nou sorry hoor, maar er zijn andere mensen betrokken in je leven, helemaal als je een gezin hebt.[2]
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]