• smoor·klep
enkelvoud meervoud
naamwoord smoorklep smoorkleppen
verkleinwoord smoorklepje smoorklepjes

de smoorklepv / m [1]

  1. (techniek) klep waarmee men de brandstoftoevoer naar een verbrandingsmotor kan regelen
     Als die te snel draait, zorgt de centrifugale kracht ervoor dat de hefboomarmen omhooggaan, waardoor de mof wordt opgetild en de opening van de smoorklep in de mof kleiner wordt, zodat er minder vloeistof in de cilinder komt en de machine minder snel gaat.[2]
     De motoren, die in Antwerpen aankomen, worden verder aangekleed. Dit wil zeggen dat de transmissie op de motor aangebracht wordt, de smoorklep, alternator, starter, riem en steunen.[3]



  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Liu Cixin
    “Het einde van de dood” (2021), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044645835
  3.   Weblink bron “Opel Belgium bouwt mee aan Speedster” (Dinsdag 19 december 2000 om 00:00), De Standaard