Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • smeet over·hoop
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
overhoopsmijten

smeet (…) overhoop

  1. enkelvoud verleden tijd van overhoopsmijten
    • Ik smeet overhoop. 
    • Jij smeet overhoop. 
    • Hij, zij, het smeet overhoop. 

Gangbaarheid