sleept uit
- Geluid: sleept uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈslept ˈœyt / (2 lettergrepen)
- sleept uit
vervoeging van |
---|
uitslepen |
sleept (…) uit
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslepen
- Jij sleept uit.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitslepen
- Hij sleept uit.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitslepen
- Sleept uit!
- Het woord sleept uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.