• shell·shock
enkelvoud meervoud
naamwoord shellshock
verkleinwoord

de shellshockm

  1. (medisch) benaming voor de psychische en psychiatrische gevolgen van gebeurtenissen en ervaringen die militaire verplichtingen onmogelijk maken door objectieve symptomen (gevoelsstoornissen en bewegingsstoornissen) en subjectieve symptomen (slapeloosheid, angsttoestanden, emotionele labiliteit en hallucinaties) ook wel battle fatigue en posttraumatische stressstoornis genoemd
    • De beste reactie op terreurberichten en ander ‘rotnieuws’ is zoveel mogelijk doorgaan met je dagelijkse leven én over de gebeurtenissen praten, zegt Van Ginneken. „Die inzichten heeft de psychologie verkregen uit jarenlange ervaring met traumaverwerking. Te lang blijven stilstaan bij een schokkende gebeurtenis kan het trauma kan vergroten. Soldaten met shellshock genezen bijvoorbeeld beter als ze worden teruggeplaatst in hun oorspronkelijke omgeving, waar ze met familie en vrienden hun ervaringen kunnen verwerken.” [1] 
  2. (informatica) software bug in Unix Bash
62 % van de Nederlanders;
55 % van de Vlamingen.[2]
  1. NRC Reinier Kist Lineke Nieber 25 juli 2016
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be