• schou·der·klop
enkelvoud meervoud
naamwoord schouderklop schouderkloppen
verkleinwoord schouderklopje schouderklopjes

de schouderklopm

  1. een slag op de schouder
  2. (figuurlijk) een teken van waardering
    • Dat pa en en ma hun dochter weer terug hebben gekregen is onbetaalbaar. En Rony zelf? ‘Ik wil straks weer naar school.’ Ze krijgt een schouderklop van haar vader. ‘We zijn heel trots op haar.’ [2] 
    • Ze had altijd een enthousiast woord, een schouderklop, voor goede en slechte ideeën. [3] 
    • Deze Nobelprijs telt vele winnaars. Het is een schouderklop voor de 'civil society', voor alle aangesloten organisaties waaronder ook PAX Nederland. [4]