schoolbezoek
- school·be·zoek
- samenstelling van school en bezoek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schoolbezoek | schoolbezoeken |
verkleinwoord | - | - |
het schoolbezoek o
- (onderwijs) bezoek aan een school (b.v. van een inspecteur, schoolcommissie etc.)
- Het woord schoolbezoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.