schilfering
- Geluid: schilfering (hulp, bestand)
- schil·fe·ring
- naamwoord van handeling van schilferen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schilfering | schilferingen |
verkleinwoord |
de schilfering v
- (medisch) het loslaten van de bovenste lagen van de huid
- Schurft is een besmettelijke huidaandoening die wordt veroorzaakt door de scabiësmijt of schurftmijt. Het spinachtige diertje nestelt zich onder de opperhuid en legt daar eitjes. De belangrijkste klachten zijn jeuk, blaasjes, roodheid en schilfering van de huid. Schurft duikt het vaakst op, op plaatsen waar veel mensen samen zijn, zoals rusthuizen, ziekenhuizen of scholen. Ook mensen die op reis zijn of die wisselende seksuele contacten hebben, lopen een groter risico. ‘Schurft is ongevaarlijk, maar zeer besmettelijk’, zegt Joris Moonens van het Agentschap Zorg en Gezondheid. [2]
- Van de Puttelaar toont benen met een foutje of een mankement. Soms is het een kleinigheidje. Een enkel met spataders. Een hiel met wat eelt, of een blaar. Een moedervlek op een kuit. Een schilfering op de knie. [3]
1. loslaten van de bovenste lagen van de huid
- Het woord schilfering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard VRIJDAG 10 FEBRUARI 2017
- ↑ Volkskrant ARNO HAIJTEMA 27 juli 2011