• scheur·par·tij
enkelvoud meervoud
naamwoord scheurpartij scheurpartijen
verkleinwoord scheurpartijtje scheurpartijtjes

de scheurpartijv

  1. een met veel te hoge snelheid gereden rit
    • Man opgepakt na scheurpartij door Bos en Lommer: Een automobilist is opgepakt nadat hij met 100 kilometer per uur door Bos en Lommer scheurde. De 22-jarige man werd betrapt terwijl hij rondreed in een gestolen Volkswagen Golf, waarna hij het gaspedaal diep intrapte. [1] 
    • Een groepje fanatieke Fransen werkt aan een onverbloemde scheurpartij door de woestijn. "Desert à Grande Vitesse' heet het spektakel dat moet herinneren aan de geest van Thierry Sabine. Kaapstad is gehaald, maar aan de voet van de Tafelberg resteerde de kater van een reeds bij zijn debuut omstreden wedstrijd. [2] 
  1. zeer kleine politieke partij die is ontstaan als afsplitsing van een grotere partij
84 % van de Nederlanders;
73 % van de Vlamingen.[3]