schadelijkheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- scha·de·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van schadelijk met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schadelijkheid | schadelijkheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- het schadelijk zijn
Gangbaarheid
- Het woord schadelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.