[2] satsuma
  • sat·su·ma
  • uit het Japans [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord satsuma satsuma's
verkleinwoord

het satsumao

  1. geglazuurd aardewerk uit de Japanse provincie Satsuma
     In de bibliotheek van Wierden exposeert de vereniging Verzamelvrienden tot en met december een bijzondere verzameling satsuma flesjes en potjes.[2]
  2. (voeding) soort Japanse pitloze mandarijn
22 % van de Nederlanders;
28 % van de Vlamingen.[3]
  1. satsuma op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Expositie Japanse flesjes in bibliotheek” (18-10-2007,), Tubantia
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be