Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sa·tel·liet·club
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord satellietclub satellietclubs
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de satellietclubv / m

  1. (sport) sportvereniging waarmee een grotere sportclub nauw samenwerkt
     Bij Ajax, dat hem destijds wegplukte van satellietclub Ajax Cape Town, bewaren ze vrij goede herinneringen aan de middenvelder. Enoh was in Amsterdam het type speler dat je na twee keer passeren nog een derde keer tegenkwam. Onvermoeibaar, bikkelhard, altijd op het randje.[1]
     In 2015 beëindigde Feyenoord de samenwerking met stadsgenoot Excelsior. Die club fungeerde tussen 1997 en 2005 als satellietclub van Feyenoord. Daarna werkten de clubs een tijdje op lossere basis samen.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “'Meesterscout' Enoh is thuis: ik heb de eredivisie gemist” (Zaterdag 10 februari 2018), NOS
  2.   Weblink bron “Feyenoord kiest voor samenwerkingsverband met FC Dordrecht” (Dinsdag 15 januari 2019), NOS