Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • rood·rug·par·kiet
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord roodrugparkiet roodrugparkieten
verkleinwoord roodrugparkietje roodrugparkietjes

Zelfstandig naamwoord

de roodrugparkietm

  1. (papegaaiachtigen) Psephotus haematonotus   een Australische parkietensoort van gemiddeld 28 centimeter groot. De wildkleur van de man is groen, met een rode stuit (op de rug daar waar staart begint) en een gele buik. De pop is overwegend groenbruin
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie