Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rond·zwe·ven
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

rondzweven

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
rondzweven
zweefde rond
rondgezweefd
zwak -d volledig
  1. een een ruimte of de lucht drijven zonder eenduidig ergens heen te gaan
     De aarde is ontstaan uit rotsblokken die vergelijkbaar zijn met Bennu, die zijn door de tijd heen samengeklonterd. Van rotsblokken als Bennu die rondzweven in de ruimte zijn er nog tienduizenden.[2]
     Vooralsnog is onduidelijk of kleine speekseldruppels die rondzweven een rol spelen bij de verspreiding van het coronavirus, stelt het RIVM. Wel kan het in een sportomgeving, waar mensen doorgaans op korte afstand sporten en schreeuwen, wemelen van de aerosolen.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Precisielanding op 333 miljoen kilometer afstand vertelt ons meer over ontstaan aarde” (20 oktober 2020, 10:00), NOS
  3.   Weblink bron “Grootschalig onderzoek naar rondzwevende aerosolen op sportlocaties” (3 december 2020, 13:08), NOS