rikken
- rik·ken
rikken [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
rikken |
rikte |
gerikt |
zwak -t | volledig |
- een stuk land afsluiten
- het spelen van het kaartspel rikken
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rikken | |
verkleinwoord |
het rikken o
- (kaartspel) kaartspel voor 4 personen dat verwant is aan bridge, wiezen en klaverjassen dat voornamelijk in Limburg en Brabant gespeeld wordt
- Het woord rikken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rikken" herkend door:
49 % | van de Nederlanders; |
27 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be