resto
- (verkorting) van restaurant
resto m
- (spreektaal) restaurant [1]
- (spreektaal) etentje
- «J’te parie un resto que je fais tout le trajet accroché à l’arrière du train.»
- Ik wed om een etentje dat ik het hele stuk vastgeklampt blijf aan de achterkant van de trein. [1]
- «J’te parie un resto que je fais tout le trajet accroché à l’arrière du train.»
- res·to
enkelvoud | meervoud |
---|---|
resto | restos |
resto m
vervoeging van |
---|
restar |
resto
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van restar
- resto in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española