reptielenhuis
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rep·tie·len·huis
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van reptiel zn en huis zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | reptielenhuis | reptielenhuizen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- gebouw in een dierentuin waar men reptielen huisvest en tentoonstelt
Gangbaarheid
- Het woord reptielenhuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Jij kan de eigenaar van deze dierentuin worden” (Dinsdag 26 januari 2016, 11:36), NOS
- ↑ Weblink bron “Dieren verbrand in Schotse zoo” (Zondag 14 april 2013, 17:51), NOS