Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·ce·lo
enkelvoud meervoud
recelo recelos

Zelfstandig naamwoord

recelo m

  1. wantrouwen, achterdocht, argwaan
  2. vrees, angst
Verwante begrippen
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
recelar

recelo

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van recelar
vervoeging van
recelarse

recelo

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van recelarse


Verwijzingen