rasuren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ra·su·ren
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
de rasuren mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord rasuur
- meervoud van het zelfstandig naamwoord rasure
- ▸ Er zijn palimpsesten (tekst die over een andere tekst heen is geschreven), rasuren (weggekrabde woorden), bijgeprutste toevoegingen en andere zelfcorrecties.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'rasuren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Frits van Oostrom“Stemmen op schrift. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur vanaf het begin tot 1300.” (2016), Bert Bakker, Amsterdam, 7de druk, ISBN 978 90 351 2944 3, p. 42
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
rasurar |
rasuren