privésituatie
- pri·vé·si·tu·a·tie
- samenstelling van privé bn en situatie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | privésituatie | privésituaties |
verkleinwoord |
de privésituatie v
- de staat van de persoonlijke levenssfeer
- ▸ Een bedrijf moet goed kijken naar zijn werknemers. ,,Maak een soort risico-inventarisatie”, zegt Wondaal. ,,Als er nauwelijks rokers zijn onder het personeel is een cursus stoppen met roken niet erg effectief. Sommige bedrijven bieden het personeel de mogelijkheid van een gezondheidscheck. En kijk ook naar de privésituatie van je personeel. Die is belangrijk bij de inzetbaarheid.’’[1]
- Het woord privésituatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Peet Vogels“Vers fruit of een gratis fiets? Daar wordt je personeel niet per se gezonder van” (19-09-2024), Tubantia