Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • prin·ciep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord princiep princiepen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het princiepo

  1. een grondoorzaak, werkend beginsel
  2. een grondbeginsel, grondstelling
  3. een stelregel
Synoniemen

Gangbaarheid

25 % van de Nederlanders;
31 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be