politiepatrouille

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·li·tie·pa·trouil·le
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord politiepatrouille politiepatrouilles
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de politiepatrouillev / m

  1. enkele agenten die samen een gebied doorkruisen om het te bewaken of te verkennen
    • De inbraak zelf verliep gladjes, maar een politiepatrouille hield de dief twee straten verder aan. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid