politieofficier
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- po·li·tie·of·fi·cier
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van politie en officier
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | politieofficier | politieofficieren politieofficiers |
verkleinwoord | politieofficiertje | politieofficiertjes |
Zelfstandig naamwoord
de politieofficier m
- een officier bij de politie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord politieofficier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.