poeplap
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- poep·lap
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van poep en lap [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | poeplap | poeplappen |
verkleinwoord | poeplapje | poeplapjes |
Zelfstandig naamwoord
de poeplap m
- geldbuidel, portemonnee
- ▸ Bovendien komt Thomas Martojo van Dekmantel Soundsystem draaien en natuurlijk is OOST ook gewoon een leuke tent. Wel een beetje duur trouwens: er mag maar liefst 23 euro uit de poeplap geschud worden om binnen te komen.[2]
- nutteloos persoon
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ poeplap op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Jan van der Meulen“Oud en nieuw 2017 in Groningen” (24 december 2017)
- ↑ Weblink bron “Kleine stinkerd” (2009), Overamstel Uitgevers, ISBN 9789048803514, p. 180
- ↑ Weblink bron Gabrielle la Rose“Niet geschikt voor publicatie” (2022), Overamstel Uitgevers, ISBN 9789048862474, p. 40