• IPA: /pɔdrɔbɪt/
  • [A] po·dro·bit
  • [B] pod·ro·bit
  • [A] Afgeleid van het werkwoord drobit met het voorvoegsel po-
  • [B] Afgeleid van het werkwoord robit met het voorvoegsel pod-

podrobit perfectief   [A]

  1. met kruimels bedekken

podrobit perfectief   [B]

  1. veroveren, onderwerpen
    «Menšina je podrobena většině.»
    De minderheid is onderworpen aan de meerderheid.
  2. ondergaan, onderwerpen
    «Podrobili zajatce výslechu.»
    Zij hebben de gevangene aan ondervraging onderworpen.