pluraliteit

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  pluraliteit    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• plu·ra·li·teit

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van pluraal met het achtervoegsel -iteit

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pluraliteit	pluraliteiten
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de pluraliteit v

1. meervoudigheid

Verwante begrippen

• meervoudig

Vertalingen

    1.   

Frans: pluralité (fr) v

Spaans: mayoría ordinaria (es) v, mayoría simple (es) v, pluralidad (es) v

Gangbaarheid

• Het woord pluraliteit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pluraliteit" herkend door:

88 %	van de Nederlanders;
94 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.