plaatsschouwing
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- plaats·schou·wing
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van plaats en schouwing zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plaatsschouwing | plaatsschouwingen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- het schouwen (bezichtigen, inspecteren) van een bepaalde plaats, in het bijzonder door de rechterlijke macht
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'plaatsschouwing' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.