Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: pacen
  • pe·zen
  • In de betekenis van ‘hard werken’ voor het eerst aangetroffen in 1632 [1]
  • [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
pezen
peesde
gepeesd
zwak -d volledig

pezen [3] [4]

  1. onovergankelijk (informeel) hard uitsloven (rijden, werken, studeren)
  2. onovergankelijk (informeel) vrijen, geslachtsgemeenschap hebben
  3. onovergankelijk zich prostitueren

de pezenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord pees
98 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[5]