Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • peet·oom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord peetoom peetooms
verkleinwoord peetoompje peetoompjes

Zelfstandig naamwoord

de peetoomm

  1. een man die gevraagd is een bijzondere zorg en aandacht te besteden aan zijn petekind en wordt ook wekpeter genoemd
    • De rol van de peetoom is in de Rooms-Katholieke Kerk nauwkeurig omschreven en aan voorwaarden verbonden. 

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be