Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • paus·reis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pausreis pausreizen
verkleinwoord pausreisje pausreisjes

Zelfstandig naamwoord

de pausreisv / m

  1. (religie) officiële reis gemaakt door het hoofd van de Rooms-Katholieke Kerk
     Paus Benedictus XVI brengt volgende week tijdens zijn reis naar de VS een bezoek aan Ground Zero in New York, de plaats waar op 11 september 2001 de Twin Towers na terroristische aanslagen tegen de vlakte gingen. Het wordt het aangrijpendste moment van de pausreis, meldt de Vlaamse nieuwsdienst KerkNet.[1]
     Dat is gebleken uit het officiële programma voor het pausbezoek, dat het Vaticaan traditioneel een maand voor het bezoek bekendmaakt en waarover de nieuwsdienst Kerknet donderdagmorgen berichtte. De pausreis staat in het teken van onder andere de zaligverklaring van de Britse kardinaal John Henry Newman.[2]

Gangbaarheid

63 % van de Nederlanders;
71 % van de Vlamingen.[3]


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Paus bezoekt Ground Zero” (10-04-2008), Reformatorisch Dagblad
  2.   Weblink bron “Paus bezoekt Britse koningin” (19-08-2010), Reformatorisch Dagblad
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be