overhoogte
  • over·hoog·te
enkelvoud meervoud
naamwoord overhoogte overhoogtes
verkleinwoord

de overhoogtev

  1. (waterbeheer) extra hoogte die aan een dijk gegeven wordt ter compensatie van de klink
     Het dijklichaam dient te worden afgewerkt op het ontwerpprofiel plus de benodigde overhoogte voor compensatie van de restzettingen.[1]
  1.   Weblink bron
    Werner Halter; Ilse Groenouwe; Michel Tonneijck
    “Handboek dijkenbouw” (2018), Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP), p. 99