overbringe
- over·brin·ge
Naar frequentie | 24190 |
---|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | overbringe |
tegenwoordige tijd | overbringer |
verleden tijd | overbrakte overbragte |
voltooid deelwoord |
overbrakt overbragt |
onvoltooid deelwoord |
overbringende |
lijdende vorm | overbringes |
gebiedende wijs | overbring |
vervoegingsklasse | onregelmatig |
opmerking |
overbringe
- overbringe noen en gave
iemand een cadeau brengen
- overbringe noen en hilsen
iemand een groet brengen