overbevissing
  • over·be·vis·sing
enkelvoud meervoud
naamwoord overbevissing
verkleinwoord

de overbevissingv

  1. het verschijnsel dat te veel vis in een bepaald gebied gevangen wordt, wat leidt tot het verdwijnen van die vissoort in dat gebied
     Voor de vader zou de vishandel nooit meer worden wat hij geweest was. Vervuild water, overbevissing, corrupte visafslag - alles kapot.[1]
     De vis is uitgestorven door toedoen van de mens, concluderen Chinese onderzoekers. De vissoort wist 200 miljoen jaar te overleven en was tot de jaren 70 een normale verschijning in de Jangtsekiang. Overbevissing en het aanleggen van dammen in de rivier hebben er vermoedelijk voor gezorgd dat er een einde aan de Chinese lepelsteur gekomen is.[2]
  1. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij  , ISBN 9789023479925
  2.   Weblink bron “Een van 's werelds grootste vissen door toedoen mens officieel uitgestorven” (12-01-2020), NOS