oud-bestuursvoorzitter
- oud-be·stuurs·voor·zit·ter
- samenstelling van oud bn "voormalig" en bestuursvoorzitter zn , volgens spellingregel 6.I geschreven met een koppelteken
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oud-bestuursvoorzitter | oud-bestuursvoorzitters |
verkleinwoord |
de oud-bestuursvoorzitter m
- voormalig voorzitter van een bestuur
- Het woord oud-bestuursvoorzitter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.