otoliet
  • oto·liet
  • uit het Grieks
enkelvoud meervoud
naamwoord otoliet otolieten
verkleinwoord

de otolietm

  1. (anatomie) een structuur in het binnenoor van gewervelden en een rolspelen in het waarnemen van geluid, versnelling en zwaartekracht
22 % van de Nederlanders;
19 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be