organisatietalent

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • or·ga·ni·sa·tie·ta·lent
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord organisatietalent organisatietalenten
verkleinwoord organisatietalentje organisatietalentjes

Zelfstandig naamwoord

het organisatietalento

  1. persoon die er goed in is iets te regelen
  2. de aanleg om iets goed te kunnen regelen
     Vroeger waren hofdames vaak ongetrouwde meisjes van adel, die in het paleis van de vorst woonden. Sinds het begin van de twintigste eeuw is dat geen vereiste meer. Juliana haalde hofdames vaak uit haar vriendenkring, tegenwoordig worden ze op hun merites geselecteerd, zoals organisatietalent en een sterk sociaal netwerk.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Nieuwe hofdame voor koning” (16 oktober 2013, 14:40), NOS