Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • or·di·na·ri·um
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ordinarium ordinaria
ordinariums
verkleinwoord ordinariumpje ordinariumpjes

Zelfstandig naamwoord

het ordinariumo

  1. (economie) gewoon beloop van inkomsten en uitgaven
  2. de vastliggende delen van een liturgie
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen