opruststelling
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: opruststelling (hulp, bestand)
- IPA: /ɔp'rʏststɛlɪŋ/
Woordafbreking
- op·rust·stel·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | opruststelling | opruststellingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de opruststelling v
- stoppen met werken en pensioen ontvangen
- Vorig jaar genoten welgeteld 3.427 militairen een zogenaamde vrijwillige opschorting van de prestaties, een soort vervroegde opruststelling vanaf vijftig jaar speciaal voor militairen. Het systeem hielp het leger versneld te verjongen, maar kostte in 2012 wel ruim 108 miljoen euro. Dat blijkt uit cijfers die Open Vld-Kamerlid Luk Van Biesen opvroeg bij defensieminister Pieter De Crem (CD&V). [1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord opruststelling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opruststelling" herkend door:
26 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ de Standaard 23/01/2013 door bvb
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be