• op ba·sis van

verbinding van  op, basis  en van

  1. met als grondslag, vooral steunend op
     Ze schrijft columns op basis van haar ervaringen.[1]
     Waar de vervuilde grondstof ter wereld is beland en verwerkt is onduidelijk, maar op basis van drie geteste monsters is het aannemelijk dat ook de Nederlandse voorraad is aangetast.[2]
     Goed beleid, gericht op een leefbare stad voor iedere stedeling, moet aandacht besteden aan de emotionele uitdagingen en behoeften van die verschillende stedelingen. Het is de taak van de bestuurder om dat te doen op basis van systematische kennisvergaring en niet op basis van buikgevoel – hoe goed bedoeld dat ook is.[3]
  2. (kookkunst) met als belangrijkste ingrediënt
     Een voorloper van de smaakmaker komt weer uit China, aanvankelijk op basis van (…) vis of vlees, en later pas gemaakt van sojabonen.[4]
  1.   Weblink bron “Koekjes” (16 mei 2019) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron “Vervuiling van medicijnen komt net iets te vaak voor” (17 juli 2020) op nrc.nl  
  3.   Weblink bron
    Anneleen Arnout
    “Bestuurders, wees bedacht op de emotionele uitdaging van de coronastad” (5 juni 2020) op nrc.nl  
  4.   Weblink bron
    Bastiaan Nagtegaal
    “Deze ‘geheime’ smaakmaker is eeuwenoud” (8 mei 2020) op nrc.nl