ontraadselen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ontraadselen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ont·raad·se·len

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van raadsel met het voorvoegsel ont- en met het achtervoegsel -en

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
ontraadselen	ontraadselde	ontraadseld
zwak -d	volledig

Werkwoord

ontraadselen

1. overgankelijk ontknopen, oplossen

Afgeleide begrippen

• ontraadseling

Vertalingen

    1.   

Engels: decipher (en), solve (en)

Gangbaarheid

• Het woord ontraadselen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ontraadselen" herkend door:

91 %	van de Nederlanders;
88 %	van de Vlamingen.