onthaalmedewerker

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·haal·me·de·wer·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord onthaalmedewerker onthaalmedewerkers
verkleinwoord onthaalmedewerkertje onthaalmedewerkertjes

Zelfstandig naamwoord

de onthaalmedewerkerm

  1. (beroep) medewerker van een organisatie die de mensen die binnen komen te woord staat en vragen beantwoordt
    • De onthaalmedewerker verwelkomde de mensen. 

Gangbaarheid