Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • one·li·ner
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstelling uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord oneliner oneliners
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de onelinerm

  1. een kernachtige, meestal geestige uitspraak die niet langer is dan één zin
    • Landa en Johannes onderzoeken wel ‘het Kwade’, dat natuurlijk verschillende gezichten heeft; zo voelt Johannes liefde voor een verslaafde vrouw die leeft in een crimineel milieu en flirt Landa met de leider van de Volkspartij die alleen maar populistische oneliners en seksistische grapjes te berde brengt (waarbij het de vraag is of iedere rechtse politicus zo aan het clichébeeld moet voldoen). [1] 
    • De definitie van het vaderlandse vermaak volgens cabarethistoricus Wim Ibo - ‘professionele literair-muzikale theaterkleinkunst in een intieme omgeving voor een intelligent publiek’ - was bepaald niet besteed aan de twee voormalige studenten. Of, om een befaamde oneliner uit de Neerlands Hoop-tijd te citeren: ‘Dat zullen we nog wel eens even zien…’ [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. de Standaard VRIJDAG 8 SEPTEMBER 2017
  2. Tubantia Arno Gelder 05-08-2017
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be