onduidelijkheid
- on·dui·de·lijk·heid
- afgeleid van onduidelijk met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | onduidelijkheid | onduidelijkheden |
verkleinwoord | onduidelijkheidje | onduidelijkheidjes |
de onduidelijkheid v
- het onduidelijk zijn
- Het woord onduidelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.