onbemenst

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  onbemenst    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈɔmbəˌmɛnst / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• on·be·menst

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van bemenst met het voorvoegsel on-

	stellend
onverbogen	onbemenst
verbogen	onbemenste
partitief	onbemensts

Bijvoeglijk naamwoord

onbemenst

1. zonder bemanning

   • Klanten kunnen gebruikmaken van bemenste of onbemenste toiletten. 

Antoniemen

• bemenst

Gangbaarheid

• Het woord 'onbemenst' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.