noodstopschakelaar
- nood·stop·scha·ke·laar
- samenstelling van noodstop en schakelaar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | noodstopschakelaar | noodstopschakelaars |
verkleinwoord | noodstopschakelaartje | noodstopschakelaartjes |
de noodstopschakelaar m
- Het woord 'noodstopschakelaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.