niet-zichtbaar

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  niet-zichtbaar    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• niet-zicht·baar

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  niet  en  zichtbaar 

	stellend
onverbogen	niet-zichtbaar
verbogen	niet-zichtbare
partitief	niet-zichtbaars

Bijvoeglijk naamwoord

niet-zichtbaar

1. niet met het (blote) oog te zien
2. doorzichtig

Antoniemen

• zichtbaar

Gangbaarheid

• Het woord niet-zichtbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.