niertransplantatie


 
  • nier·trans·plan·ta·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord niertransplantatie niertransplantaties
verkleinwoord

de niertransplantatiev [1]

  1. (medisch) chirurgische ingreep waarbij de nier van de ene persoon in een andere persoon wordt geplaatst; operatie waarbij de nier van een patiënt wordt vervangen door de nier van iemand anders
     Hij reageerde in zijn kuif gepikt en zei dat hij verschillende 'aanknopingspunten' aan het uitdiepen was, waaronder een onderzoek naar alle ziekenhuizen in een straal van driehonderd kilometer waar een niertransplantatie plaats had kunnen vinden.[2]
     In 2018 onderging Slayman al een niertransplantatie in hetzelfde ziekenhuis, maar moest door complicaties de afgelopen tijd weer aan de dialyse. Dat ging gepaard met meerdere operaties per maand, omdat hij last had van bloedpropjes. Om hem verder lijden te besparen, kregen de artsen toestemming voor de experimentele procedure.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Het dosseir” (2017), Luitingh-Sijthoff  , ISBN 9789021042503
  3.   Weblink bron “Eerste mens met varkensnier overlijdt twee maanden na transplantatie” (zondag 12 mei, 03:35), NOS