nichterig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- nich·te·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | nichterig | nichteriger | nichterigst |
verbogen | nichterige | nichterigere | nichterigste |
partitief | nichterigs | nichterigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
nichterig
- vrouwelijk doen zoals een mannelijke homofiel verondersteld wordt te doen
- Behalve een onbeschrijflijk expressieve mimiek zet hij daartoe een mix van accenten in, waarin het Brabants en Limburgs dominant zijn. Een figuur kan vrouwelijke trekjes hebben, en van kakkineus of tuttig overhellen naar nichterig of verwijfd. Maar in zijn holster zit ook de onzekere jongen, de kakker met hoge stem, de burlende lefgozer of de arrogante cool guy. [1]
Gangbaarheid
- Het woord nichterig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nichterig" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Ron Rijghard 28 april 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be