natuurcentrum
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- na·tuur·cen·trum
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van natuur zn en centrum zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | natuurcentrum | natuurcentra natuurcentrums |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het natuurcentrum o
- organisatie die zich inzet voor het behoud van de natuur
- ▸ Op 15 december 2012 spoelde een potvis aan op Texel. Die bleek meer dan 83 kilo ambergrijs in zijn darmen te hebben, ter waarde van bijna een miljoen euro. Medewerkers van Ecomare vonden het kadaver, dus de opbrengst was voor het natuurcentrum.[1]
- ▸ Het Texelse natuurcentrum Ecomare vangt over twee weken alleen nog zeehonden op uit de omgeving van Texel zelf. Voor zeehonden uit het gebied van Den Helder tot IJmuiden en van Den Helder tot Wieringen is binnenkort geen plaats meer.[2]
Gangbaarheid
- Het woord natuurcentrum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Stinkende maar kostbare vondst op strand Mallorca” (Donderdag 28 september 2017, 18:00), NOS
- ↑ Weblink bron “Ecomare gaat door geldgebrek minder zeehonden opvangen” (Zaterdag 1 november 2014, 16:10), NOS